SPACECOWBOYS

SPACECOWBOYS

Het Uitgaans- en Cultuurkwartier van Apeldoorn krijgt in 2020 een kunstwerk – een reusachtige, relaxende eekhoorn! – van de Spacecowboys. Spacecowboys is het kunstenaarsduo Albert Dedden en Paul Keizer uit Deventer. De eekhoorn, die de naam ‘De Notenkrakerrrrr’ heeft meegekregen, is na een selectieprocedure uitgekozen door ondernemers en bewoners uit de omgeving. Een mooie aanleiding om de kunstenaars die het maakten aan de tand te voelen over hun artistieke lust en leven, zo vond artistiek leider van ACEC Jasper van der Graaf.

Voordat ik jullie zomaar vraag naar jullie werk, eerst even het volgende: hoe gaat het ermee? De wereld is druk met het coronavirus Covid-19, zijn jullie gezond? Hoe gaat het met jullie opdrachten?

SC (Spacecowboys): “Alive & kicking! Gezond, dus. Al het werk dat we ‘onder handen’ hebben, de opdrachten zeg maar, lopen gewoon door. Daar zijn we in de werkplaats mee in uitvoering.”

Jullie werk siert straten en pleinen op. Hoeveel werk hebben jullie eigenlijk in Nederland staan en hoe lang zijn jullie al bezig?

SC: “Paul en ik zijn sinds 2000 werkzaam als 1 kunstenaar, namelijk de Spacecowboys. We hebben op dit moment zo’n 35 monumentale beelden in de openbare ruimte staan.”

Als ik naar jullie werk kijk, vermoed ik een ‘geheime agenda’. Het is mooi, spreekt grote groepen mensen aan, maar het is ook een beetje raadselachtig. Zoals sprookjes ook een duistere kant hebben. Hoe zit het daarmee?

SC: “Paul en ik hebben allebei een sterke voorkeur voor ‘goed gemaakt’ werk, zowel bij onze collega’s als bij ons eigen werk. Een sterke vorm, monumentaal, goed gematerialiseerd en dus met liefde en aandacht gemaakt. Onze beelden hebben vaak een uitgesproken surreëel karakter, met een onderliggende laag, die soms raakt aan venijn, sensualiteit of een direct sentiment.”

Het kunstwerk in het Apeldoornse Cultuurkwartier is gekozen door een jury van ondernemers en omwonenden. Wat vinden jullie daarvan? Ik hoor wel eens dat door deze werkwijze de kunst in de openbare ruimte vooral ‘populair’ zou worden. Is dat zo en zo ja, moeten we dat erg vinden?

SC: “In onze ervaring wordt de afgelopen jaren steeds vaker de buurt, gebruikers en bewoners, betrokken bij de keuze voor een kunstwerk. Niet vreemd overigens, aangezien zij degenen zijn die het beeld steeds tegenkomen. Dat neemt niet weg dat het voordragen van de shortlist vaak door professionals gedaan wordt, waardoor je over het algemeen toch verzekerd bent van een stevig kunstwerk in de openbare ruimte. Dus nee, niet vreemd, en voor ons prima.”

Jullie eekhoorn-ontwerp ‘De Notenkrakerrrrr’ is als winnaar uit de bus gekomen. De liggende houding wordt door de jury ook wel geïnterpreteerd als symbool voor ontspanning en ‘leisure’, kernwaarden voor lekker uitgaan. Het valt op dat dit in de beeldhouwkunst een terugkerend thema is, bijna een kunsthistorisch cliché. Ga de tuin van het Kröller-Müller Museum maar eens in – overal ‘reclining figures’. Hoe zit het hiermee?

SC: “Een van de eerste beeldhouwers waar ik voor viel, was Henry Moore. Zijn reclining figures vormden de kern van zijn kunstenaarschap. De reclining figure laat ons eigenlijk kennismaken met het complete menselijk lichaam, als kunstenaar biedt het je veel vormvrijheid. We vonden het toepasselijk om aan de achterzijde van het CODA als kunstinstituut, een eekhoorn om te vormen tot een mythologisch figuur en deze zo’n klassieke pose aan te laten nemen. Het vermengt een aantal kunsthistorische vormen en het geeft richting aan de omgeving.”

In het nieuws hoor je vaak van bronsdiefstal bij buitenkunstwerken. Ik wil niemand op ideeën brengen, maar zou deze eekhoorn niet gejat kunnen worden?

SC: “Gelukkig voor de eekhoorn, zit ‘ie vast aan 2 ton beton en weegt ‘ie zelf ook al het een en ander. Wij denken dat, midden in het centrum van Apeldoorn, niemand zo dom is om ’s nachts met een slijptol aan de gang te gaan. Plus, we stoppen altijd iets in het beeld wat diefstal onmogelijk maakt.”

Apeldoorn had hiervoor nog geen werk van de Spacecowboys. Persoonlijk ben ik er best trots op dat er nu iets van jullie komt. Wat dachten jullie, Apeldoorn kan wel iets opvallends gebruiken? Wat is jullie beeld van Apeldoorn?

SC: “Paul en ik zijn er sowieso hartstikke trots op dat we voor het centrum van Apeldoorn een beeldbepalend werk mogen maken, temeer dat Paul ook nog eens uit Apeldoorn afkomstig is. Deze mag absoluut wat eigenwijsheid gebruiken en moet vooral niet bang zijn om eigenzinnige beelden te laten zien, omdat daarmee je het karakter van je stad vormt.”

We zien uit naar een geschikt moment voor de onthulling van ‘De Notenkrakerrrrr’, maar laten we vooral wachten tot na de tijd van intelligente lockdowns. Mannen, succes verder!

SC: “We hebben nu al #zinin…”